Algemene aanwijzingen
Het infotainmentsysteem biedt u eersteklas infotainment voor in uw auto.
De radio is voor de frequentiebereiken AM en FM voorzien van twaalf automatisch in te stellen voorkeurzenders.
Bovendien kunnen er nog 36 voorkeurzenders handmatig worden ingesteld (ongeacht frequentiebereik).
De geïntegreerde cd-speler onderhoudt u met audio- en MP3/WMAcd’s.
Bovendien kunt u externe opslagmedia, bijv. iPod, MP3-speler of USBstick (niet bij CD 300) of een draagbare cd-speler aansluiten als extra audiobronnen.
De digitale soundprocessor biedt u diverse standaard equalizerinstellingen waarmee u het geluid kunt optimaliseren.
Het navigatiesysteem (alleen Navi 600) met een dynamische routeplanning zal u betrouwbaar naar uw bestemming begeleiden en, indien gewenst, automatisch om files of andere verkeersproblemen heen rijden.
Naar keuze kunt u het infotainmentsysteem met de knoppen op het stuurwiel bedienen.
Daarnaast kan het infotainmentsysteem worden uitgerust met een mobiele- telefoonportaal.
Door het weldoordachte design van de bedieningselementen, de heldere displays en de multifunctionele MENU-knop kunt u het systeem gemakkelijk en intuïtief bedienen.
Belangrijke informatie voor de bediening en de verkeersveiligheid
Waarschuwing Het infotainment-systeem moet worden gebruikt zodat er te allen tijde veilig met de auto kan worden gereden. Zet bij twijfel uw auto aan de kant en bedien het infotainment- systeem terwijl u stilstaat. |
Waarschuwing
Het gebruik van het navigatiesysteem
(alleen Navi 600) ontslaat de
bestuurder niet van zijn plicht om
zich verantwoordelijk, correct en
voorzichtig te gedragen in het verkeer.
De overeenkomstige verkeersregels moeten zonder uitzondering in acht worden genomen. Voer alleen iets in (bijv. een adres) terwijl de auto stilstaat. Wanneer de routebegeleiding tegen de verkeersregels ingaat, moet u altijd de verkeersregels volgen. |
Waarschuwing
In sommige gebieden zijn eenrichtingsstraten
en andere wegen en
inritten (bijv. voetgangerszones)
waar u niet mag inrijden niet op de
kaart aangegeven. In dergelijke
gebieden geeft het infotainmentsysteem
mogelijk een waarschuwing
die geaccepteerd moet worden.
Hier moet u in het bijzonder letten op eenrichtingsstraten, wegen en inritten waar u niet mag inrijden. |
Radio-ontvangst
Tijdens de radio-ontvangst kunnen gesis, geruis, signaalvervorming of signaaluitval optreden door:
Antidiefstalfunctie
Het infotainmentsysteem is voorzien van een elektronisch beveiligingssysteem dat het systeem tegen diefstal beveiligt.
De beveiliging betekent dat het infotainmentsysteem alleen in uw auto werkt en daarom voor een dief waardeloos is.
Overzicht bedieningselementen
Navi 600
CD 400
CD 300
Audiobedieningsknoppen aan stuurwiel
Gebruik
Bedieningselementen
Het infotainmentsysteem wordt bediend via functieknoppen, multifunctionele knoppen en menu's die worden weergegeven op het display.
Invoer vindt optioneel plaats via:
In- en uitschakelen van het infotainmentsysteem
Druk kort op de -knop. Na het inschakelen
is de laatst geselecteerde
infotainmentbron actief.
Automatische uitschakeling
Als het Infotainmentsysteem is ingeschakeld
met de -knop terwijl het
contact is uitgeschakeld, schakelt het
na 30 minuten automatisch weer uit.
Volume instellen
Draai de -knop. De actuele instelling
wordt weergegeven op het display.
Wordt het infotainmentsysteem ingeschakeld, wordt het laatst geselecteerde volume ingesteld, als dat volume lager is dan het maximale opstartvolume.
Het volgende kan apart worden ingesteld:
Automatische volumeregeling
Is de automatische volumeregeling geactiveerd wordt het volume tijdens het rijden automatisch aangepast voor het compenseren van wegen windgeluiden.
Dempen
Druk op de MUTE-knop voor het dempen van de audiobronnen.
Om het dempen weer te annuleren;
de -knop draaien of weer op de
MUTE-knop drukken.
Volumebeperking bij hoge temperaturen
Bij erg hoge temperaturen binnen de auto beperkt het infotainmentsysteem het maximaal instelbare volume.
Indien nodig wordt het maximale volume automatisch verlaagd.
Bedieningsmodi
Radio
Druk op de BAND-knop om het hoofdmenu van de radio te openen of te wisselen tussen de verschillende frequentiebereiken.
Druk op de MENU-knop om een submenu te openen voor het selecteren van zenders.
Gedetailleerde beschrijving van de radiofuncties.
Audiospelers
Druk op de CD/AUX-knop om het CD, USB, iPod of AUX menu te openen (indien beschikbaar) of om te wisselen tussen deze menu's.
Druk op de MENU-knop om een submenu te openen voor het selecteren van tracks.
Gedetailleerde beschrijving van:
Navigatie
(alleen Navi 600)
Druk op de NAV-knop om een kaart weer te geven die het gebied rondom de huidige positie van de auto weergeeft.
Druk op de MENU-knop voor het hoofdmenu voor navigatie.
Gedetailleerde beschrijving van de navigatiesysteemfuncties.
Basisbediening
MENU-knop
De MENU-knop is het centrale bedieningselement voor de menu's.
Draaien
Indrukken
Knop BACK
Druk de toets kort in om:
Druk op de knop en houd deze enkele seconden vast om de gehele invoer te wissen.
Voorbeelden menubediening
Voorbeelden voor Navi 600 Selecteren van een optie
Draai aan de MENU-knop om de cursor (= gekleurde achtergrond) naar de gewenste optie te verplaatsen.
Druk op de MENU-knop om de gemarkeerde optie te selecteren.
Submenu's
Een pijltje aan de rechterkant van het menu geeft aan dat na er na het selecteren van die optie een submenu met verdere opties verschijnt.
Een instelling activeren
Draai aan de MENU-knop om de gewenste instelling te markeren.
Druk op de MENU-knop om de instelling te activeren.
Instellen van een waarde
Draai aan de MENU-knop om de actuele waarde van de instelling te wijzigen.
Druk op de MENU-knop om de ingestelde waarde te bevestigen.
In- of uitschakelen van een functie
Draai aan de MENU-knop om de functie die u in of uit wilt schakelen te markeren.
Druk op de MENU-knop om tussen de instellingen Aan en Uit te wisselen.
Invoeren van een tekenreeks
Om een tekenreeks in te voeren, bijv. straatnamen of huisnummers:
Draai aan de MENU-knop om het gewenste teken te markeren.
Het laatste teken in de tekenreeks kan worden gewist met de BACKtoets.
Door de BACK-toets ingedrukt te houden, wordt de complete invoer verwijderd.
Druk op de MENU-knop om het geselecteerde teken te bevestigen.
Voorbeelden voor CD 400 Selecteren van een optie
Draai aan de MENU-knop om de cursor (= gekleurde achtergrond) naar de gewenste optie te verplaatsen.
Druk op de MENU-knop om de gemarkeerde optie te selecteren.
Submenu's
Een pijltje aan de rechterkant van het menu geeft aan dat na er na het selecteren van die optie een submenu met verdere opties verschijnt.
Een instelling activeren
Draai aan de MENU-knop om de gewenste instelling te markeren.
Druk op de MENU-knop om de instelling te activeren.
Instellen van een waarde
Draai aan de MENU-knop om de actuele waarde van de instelling te wijzigen.
Druk op de MENU-knop om de ingestelde waarde te bevestigen.
In- of uitschakelen van een functie
Draai aan de MENU-knop om de functie die u in of uit wilt schakelen te markeren.
Druk op de MENU-knop om tussen de instellingen Aan en Uit te wisselen.
Voorbeelden voor CD 300 Menu-elementen en symbolen
De pijltjes omhoog en omlaag 1 geven aan: het bovenste menuniveau is actief. Verdere opties zijn beschikbaar in het actieve menu.
Draai aan de MENU-knop om de andere opties in het actieve menu weer te geven.
Het gebogen pijltje 2 geeft aan: er is een submenu met verdere opties beschikbaar.
Druk op de MENU-knop om de weergegeven optie te selecteren en het bijbehorende submenu te openen.
Het pijltje naar rechtsgeeft aan: het eerste submenuniveau is actief (twee pijltjes = het tweede submenu is actief).
Het pijltje omhoog 4 geeft aan: verdere opties zijn beschikbaar in het actieve submenu.
Een instelling activeren
Druk op de MENU-knop voor openen van het betreffende instelmenu.
Draai aan de MENU-knop om de gewenste instelling weer te geven.
Druk op de MENU-knop om de instelling te activeren.
Instellen van een waarde
Druk op de MENU-knop voor openen van het betreffende instelmenu.
Draai aan de MENU-knop om de actuele waarde van de instelling te wijzigen.
Druk op de MENU-knop om de ingestelde waarde te bevestigen.
In- of uitschakelen van een functie
Druk op de MENU-knop voor openen van het betreffende instelmenu.
Draai aan de MENU-knop Aan of Uit om de gewenste instelling te markeren.
Druk op de MENU-knop om de gemarkeerde instelling te bevestigen.
Navi 600 In het geluidsinstellingenmenu kunt u voor elk radiofrequentiebereik en voor elke audiospeler afzonderlijk de geluidskarakteristiek instellen. Druk op de TONE-toets om het geluids ...
Fiat Bravo II Instructieboekje (2007-2016). "Dualdrive" elektrische stuurbekrachtiging
Het voertuig is uitgerust met een elektrisch bediende stuurbekrachtiging
genaamd "Dualdrive", die alleen werkt als de contactsleutel op MAR staat
en de motor loopt, die de stuurkracht aanpast aan ...
Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Motorkoelvloeistof
Controleren van het
motorkoelvloeistofniveau
WAARSCHUWING
Geen lucifers of open vuur in de motorruimte
gebruiken. VUL GEEN MOTORKOELVLOEISTOF BIJ WANNEER DE MOTOR HEET
IS: Een ...