Chevrolet Cruze (J300) Instructieboekje (2008-2016): Inleiding

Algemene aanwijzingen

Het infotainmentsysteem biedt u eersteklas infotainment voor in uw auto.

De radio is voor de frequentiebereiken AM en FM voorzien van twaalf automatisch in te stellen voorkeurzenders.

Bovendien kunnen er nog 36 voorkeurzenders handmatig worden ingesteld (ongeacht frequentiebereik).

De geïntegreerde cd-speler onderhoudt u met audio- en MP3/WMAcd’s.

Bovendien kunt u externe opslagmedia, bijv. iPod, MP3-speler of USBstick (niet bij CD 300) of een draagbare cd-speler aansluiten als extra audiobronnen.

De digitale soundprocessor biedt u diverse standaard equalizerinstellingen waarmee u het geluid kunt optimaliseren.

Het navigatiesysteem (alleen Navi 600) met een dynamische routeplanning zal u betrouwbaar naar uw bestemming begeleiden en, indien gewenst, automatisch om files of andere verkeersproblemen heen rijden.

Naar keuze kunt u het infotainmentsysteem met de knoppen op het stuurwiel bedienen.

Daarnaast kan het infotainmentsysteem worden uitgerust met een mobiele- telefoonportaal.

Door het weldoordachte design van de bedieningselementen, de heldere displays en de multifunctionele MENU-knop kunt u het systeem gemakkelijk en intuïtief bedienen.

Belangrijke informatie voor de bediening en de verkeersveiligheid

Waarschuwing Het infotainment-systeem moet worden gebruikt zodat er te allen tijde veilig met de auto kan worden gereden. Zet bij twijfel uw auto aan de kant en bedien het infotainment- systeem terwijl u stilstaat.

 

Waarschuwing Het gebruik van het navigatiesysteem (alleen Navi 600) ontslaat de bestuurder niet van zijn plicht om zich verantwoordelijk, correct en voorzichtig te gedragen in het verkeer.

De overeenkomstige verkeersregels moeten zonder uitzondering in acht worden genomen.

Voer alleen iets in (bijv. een adres) terwijl de auto stilstaat.

Wanneer de routebegeleiding tegen de verkeersregels ingaat, moet u altijd de verkeersregels volgen.

 

Waarschuwing In sommige gebieden zijn eenrichtingsstraten en andere wegen en inritten (bijv. voetgangerszones) waar u niet mag inrijden niet op de kaart aangegeven. In dergelijke gebieden geeft het infotainmentsysteem mogelijk een waarschuwing die geaccepteerd moet worden.

Hier moet u in het bijzonder letten op eenrichtingsstraten, wegen en inritten waar u niet mag inrijden.

Radio-ontvangst

Tijdens de radio-ontvangst kunnen gesis, geruis, signaalvervorming of signaaluitval optreden door:

  • wijzigingen in de afstand tot de zender,
  • ontvangst van meerdere signalen tegelijk door reflecties,
  • obstakels.

Antidiefstalfunctie

Het infotainmentsysteem is voorzien van een elektronisch beveiligingssysteem dat het systeem tegen diefstal beveiligt.

De beveiliging betekent dat het infotainmentsysteem alleen in uw auto werkt en daarom voor een dief waardeloos is.

Overzicht bedieningselementen

Navi 600

Navi 600

  1. -knop
    • Drukken: Infotainmentsysteem in-/uitschakelen
    • Draaien: volume aanpassen
  2. Toetsen stations 1...6
    • Lang drukken: station opslaan
    • Kort drukken: station selecteren
  3. DEST
    • Invoer bestemming navigatie
  4. NAV
    • Eenmaal drukken: Weergave kaart
    • Tweemaal drukken: Navigatiemenu
  5. Toets met acht richtingen
    • Navigeren: kies weergave kaart in display
  6. CONFIG
    • Systeeminstellingen
  7. RPT NAV
    • Herhalen laatste melding navigatie
  8. TP
    • Activeren of deactiveren verkeersberichten
  9. TONE
    • Geluidsinstellingen
  10. INFO
    • Aanvullende situatieafhankelijke informatie
  11. AS
    • Niveaus automatisch geheugen
    • Kort drukken: selecteren lijst automatisch opslaan
    • Lang drukken: station automatisch opslaan
  12. BACK
    • Menu: één niveau terug
    • Invoer: wissen laatste teken of gehele invoer
  13. FAV
    • Favoriete lijsten
  14. MENU
    • Draaien: menuopties markeren of numerieke waarden instellen
    • Drukken: selecteren/ activeren van gemarkeerde optie; bevestigen ingestelde waarde; functie in-/ uitschakelen
  15. Cd uitwerpen
  16. Voorwaarts zoeken
    • Radio: voorwaarts zoeken
    • CD/MP3/WMA: naar volgende titel springen
  17. MUTE
    • Demping activeren/ deactiveren
  18. CD/MP3/WMA
    • Start/pauzeren afspelen
  19. CD/AUX
    • Starten afspelen CD/MP3/ WMA of wijzigen audiobron
  20. BAND
    • Activeren radio of wijzigen golfband
  21. Achterwaarts zoeken
    • Radio: achterwaarts zoeken
    • CD/MP3/WMA: naar vorige titel springen
  22. CD-sleu

CD 400

CD 400

  1. -knop
    • Drukken: Infotainmentsysteem in-/uitschakelen
    • Draaien: volume aanpassen
  2. Toetsen stations 1...6
    • Lang drukken: station opslaan
    • Kort drukken: station selecteren
  3. Achterwaarts zoeken
    • Radio: achterwaarts zoeken
    • CD/MP3/WMA: naar vorige titel springen
  4. CD/MP3/WMA: start/ pauze afspelen
  5. Voorwaarts zoeken
    • Radio: voorwaarts zoeken
    • CD/MP3/WMA: naar volgende titel springen
  6. TP
    • Activeren of deactiveren verkeersberichten
  7. INFO
    • Aanvullende situatieafhankelijke informatie
  8. TONE
    • Geluidsinstellingen
  9. AS
    • Niveaus automatisch geheugen
    • Kort drukken: selecteren lijst automatisch opslaan
    • Lang drukken: station automatisch opslaan
  10. BACK
    • Menu: één niveau terug
    • Invoer: wissen laatste teken of gehele invoer
  11. Cd uitwerpen
  12. MENU
    • Draaien: menuopties markeren of numerieke waarden instellen
    • Drukken: selecteren/ activeren van gemarkeerde optie; bevestigen ingestelde waarde; functie in-/ uitschakelen
  13. FAV
    • Favoriete lijsten
  14. MUTE
    • Demping activeren/ deactiveren
  15. CONFIG
    • Systeeminstellingen
  16. CD-sleuf
  17. CD/AUX
    • Starten afspelen CD/MP3/ WMA of wijzigen audiobron
  18. BAND
    • Activeren radio of wijzigen golfband .

CD 300

CD 300

  1. -knop
    • Drukken: Infotainmentsysteem in-/uitschakelen
    • Draaien: volume aanpassen
  2. Toetsen stations 1...6
    • Lang drukken: station opslaan
    • Kort drukken: station selecteren
  3. Achterwaarts zoeken
    • Radio: achterwaarts zoeken
    • CD/MP3/WMA: naar vorige titel springen
  4. Mp3: map hoger niveau
  5. CD/MP3/WMA: start/ pauze afspelen
  6. Mp3: map lager niveau
  7. Voorwaarts zoeken
    • Radio: voorwaarts zoeken
    • CD/MP3/WMA: naar volgende titel springen
  8. TP
    • Activeren of deactiveren verkeersberichten
  9. INFO
    • Aanvullende situatieafhankelijke informatie
  10. TONE
    • Geluidsinstellingen
  11. AS
    • Niveaus automatisch geheugen
    • Kort drukken: selecteren lijst automatisch opslaan
    • Lang drukken: station automatisch opslaan
  12. BACK
    • Menu: één niveau terug
    • Invoer: wissen laatste teken of gehele invoer
  13. Cd uitwerpen
  14. MENU
    • Centrale bediening voor selectie en navigatie in menu's
  15. FAV
    • Favoriete lijsten
  16. MUTE
    • Demping activeren/ deactiveren
  17. CONFIG
    • Systeeminstellingen
  18. CD-sleuf
  19. CD/AUX
    • Starten afspelen CD/MP3/ WMA of wijzigen audiobron
  20. BAND
    • Activeren radio of wijzigen golfband ..............................

Audiobedieningsknoppen aan stuurwiel

Audiobedieningsknoppen aan

  1. SRC (bron)
    • Drukken: selecteren audiobron
    • Is de radio actief: draai omhoog/omlaag voor het selecteren van volgende/ vorige voorkeuzezender
    • Is de CD-speler actief: draai omhoog/omlaag voor het selecteren van volgende/vorige CD/MP3/ WMA track
  2. Volume verhogen
  3. Volume verlagen
  4. Demping activeren/ deactiveren

Gebruik

Bedieningselementen

Het infotainmentsysteem wordt bediend via functieknoppen, multifunctionele knoppen en menu's die worden weergegeven op het display.

Invoer vindt optioneel plaats via:

  • de centrale regeleenheid in het instrumentenpaneel
  • bedieningselementen op het stuurwiel.

In- en uitschakelen van het infotainmentsysteem

Druk kort op de -knop. Na het inschakelen is de laatst geselecteerde infotainmentbron actief.

Automatische uitschakeling

Als het Infotainmentsysteem is ingeschakeld met de -knop terwijl het contact is uitgeschakeld, schakelt het na 30 minuten automatisch weer uit.

Volume instellen

Draai de -knop. De actuele instelling wordt weergegeven op het display.

Wordt het infotainmentsysteem ingeschakeld, wordt het laatst geselecteerde volume ingesteld, als dat volume lager is dan het maximale opstartvolume.

Het volgende kan apart worden ingesteld:

  • het maximale opstartvolume
  • het volume voor verkeersberichten
  • het volume voor navigatie-instructies (alleen Navi 600)

Automatische volumeregeling

Is de automatische volumeregeling geactiveerd wordt het volume tijdens het rijden automatisch aangepast voor het compenseren van wegen windgeluiden.

Dempen

Druk op de MUTE-knop voor het dempen van de audiobronnen.

Om het dempen weer te annuleren; de -knop draaien of weer op de MUTE-knop drukken.

Volumebeperking bij hoge temperaturen

Bij erg hoge temperaturen binnen de auto beperkt het infotainmentsysteem het maximaal instelbare volume.

Indien nodig wordt het maximale volume automatisch verlaagd.

Bedieningsmodi

Radio

Druk op de BAND-knop om het hoofdmenu van de radio te openen of te wisselen tussen de verschillende frequentiebereiken.

Druk op de MENU-knop om een submenu te openen voor het selecteren van zenders.

Gedetailleerde beschrijving van de radiofuncties.

Audiospelers

Druk op de CD/AUX-knop om het CD, USB, iPod of AUX menu te openen (indien beschikbaar) of om te wisselen tussen deze menu's.

Druk op de MENU-knop om een submenu te openen voor het selecteren van tracks.

Gedetailleerde beschrijving van:

  • CD-spelerfuncties
  • AUX-ingangfuncties
  • USB-poortfuncties (niet bij CD 300)

Navigatie

(alleen Navi 600)

Druk op de NAV-knop om een kaart weer te geven die het gebied rondom de huidige positie van de auto weergeeft.

Druk op de MENU-knop voor het hoofdmenu voor navigatie.

Gedetailleerde beschrijving van de navigatiesysteemfuncties.

Basisbediening

MENU-knop

De MENU-knop is het centrale bedieningselement voor de menu's.

Draaien

  • een menuoptie markeren
  • CD 300: een menuoptie weergeven
  • een numerieke waarde instellen

Indrukken

  • de gemarkeerde optie selecteren of inschakelen
  • CD 300: om de getoonde optie te selecteren of te activeren
  • een ingestelde waarde bevestigen
  • een systeemfunctie in- of uitschakelen

Knop BACK

Druk de toets kort in om:

  • een menu te verlaten
  • van een submenu naar het naasthoger gelegen menuniveau te gaan
  • het laatste teken van een tekenreeks te wissen

Druk op de knop en houd deze enkele seconden vast om de gehele invoer te wissen.

Voorbeelden menubediening

Voorbeelden voor Navi 600 Selecteren van een optie

Basisbediening

Draai aan de MENU-knop om de cursor (= gekleurde achtergrond) naar de gewenste optie te verplaatsen.

Druk op de MENU-knop om de gemarkeerde optie te selecteren.

Submenu's

Een pijltje aan de rechterkant van het menu geeft aan dat na er na het selecteren van die optie een submenu met verdere opties verschijnt.

Een instelling activeren

Een instelling activeren

Draai aan de MENU-knop om de gewenste instelling te markeren.

Druk op de MENU-knop om de instelling te activeren.

Instellen van een waarde

Instellen van een waarde

Draai aan de MENU-knop om de actuele waarde van de instelling te wijzigen.

Druk op de MENU-knop om de ingestelde waarde te bevestigen.

In- of uitschakelen van een functie

In- of uitschakelen van een functie

Draai aan de MENU-knop om de functie die u in of uit wilt schakelen te markeren.

Druk op de MENU-knop om tussen de instellingen Aan en Uit te wisselen.

Invoeren van een tekenreeks

Invoeren van een tekenreeks

Om een tekenreeks in te voeren, bijv. straatnamen of huisnummers:

Draai aan de MENU-knop om het gewenste teken te markeren.

Het laatste teken in de tekenreeks kan worden gewist met de BACKtoets.

Door de BACK-toets ingedrukt te houden, wordt de complete invoer verwijderd.

Druk op de MENU-knop om het geselecteerde teken te bevestigen.

Voorbeelden voor CD 400 Selecteren van een optie

Voorbeelden voor CD 400

Draai aan de MENU-knop om de cursor (= gekleurde achtergrond) naar de gewenste optie te verplaatsen.

Druk op de MENU-knop om de gemarkeerde optie te selecteren.

Submenu's

Een pijltje aan de rechterkant van het menu geeft aan dat na er na het selecteren van die optie een submenu met verdere opties verschijnt.

Een instelling activeren

Een instelling activeren

Draai aan de MENU-knop om de gewenste instelling te markeren.

Druk op de MENU-knop om de instelling te activeren.

Instellen van een waarde

Instellen van een waarde

Draai aan de MENU-knop om de actuele waarde van de instelling te wijzigen.

Druk op de MENU-knop om de ingestelde waarde te bevestigen.

In- of uitschakelen van een functie

In- of uitschakelen van een functie

Draai aan de MENU-knop om de functie die u in of uit wilt schakelen te markeren.

Druk op de MENU-knop om tussen de instellingen Aan en Uit te wisselen.

Voorbeelden voor CD 300 Menu-elementen en symbolen

Voorbeelden voor CD 300

De pijltjes omhoog en omlaag 1 geven aan: het bovenste menuniveau is actief. Verdere opties zijn beschikbaar in het actieve menu.

Draai aan de MENU-knop om de andere opties in het actieve menu weer te geven.

Het gebogen pijltje 2 geeft aan: er is een submenu met verdere opties beschikbaar.

Druk op de MENU-knop om de weergegeven optie te selecteren en het bijbehorende submenu te openen.

Het pijltje naar rechtsgeeft aan: het eerste submenuniveau is actief (twee pijltjes = het tweede submenu is actief).

Het pijltje omhoog 4 geeft aan: verdere opties zijn beschikbaar in het actieve submenu.

Een instelling activeren

Een instelling activeren

Druk op de MENU-knop voor openen van het betreffende instelmenu.

Draai aan de MENU-knop om de gewenste instelling weer te geven.

Druk op de MENU-knop om de instelling te activeren.

Instellen van een waarde

Instellen van een waarde

Druk op de MENU-knop voor openen van het betreffende instelmenu.

Draai aan de MENU-knop om de actuele waarde van de instelling te wijzigen.

Druk op de MENU-knop om de ingestelde waarde te bevestigen.

In- of uitschakelen van een functie

In- of uitschakelen van een functie

Druk op de MENU-knop voor openen van het betreffende instelmenu.

Draai aan de MENU-knop Aan of Uit om de gewenste instelling te markeren.

Druk op de MENU-knop om de gemarkeerde instelling te bevestigen.

Infotainmentsysteem

...

Geluidsinstellingen

Navi 600 In het geluidsinstellingenmenu kunt u voor elk radiofrequentiebereik en voor elke audiospeler afzonderlijk de geluidskarakteristiek instellen. Druk op de TONE-toets om het geluids ...

Zie ook:

Fiat Bravo II Instructieboekje (2007-2016). "Dualdrive" elektrische stuurbekrachtiging
Het voertuig is uitgerust met een elektrisch bediende stuurbekrachtiging genaamd "Dualdrive", die alleen werkt als de contactsleutel op MAR staat en de motor loopt, die de stuurkracht aanpast aan ...

Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Motorkoelvloeistof
Controleren van het motorkoelvloeistofniveau WAARSCHUWING Geen lucifers of open vuur in de motorruimte gebruiken. VUL GEEN MOTORKOELVLOEISTOF BIJ WANNEER DE MOTOR HEET IS: Een ...

Auto modellen:

© 2021-2025 Alle rechten voorbehouden www.cmodellen.nl