Fiat Bravo II Instructieboekje (2007-2016): Sneeuwkettingen

Het gebruik van sneeuwkettingen is afhankelijk van de voorschriften van het land waar wordt gereden.

Sneeuwkettingen mogen alleen op de banden van de voorwielen (aandrijfwielen) gemonteerd worden.

Controleer na enkele tientallen meters rijden of de kettingen nog goed gespannen zijn.

Gebruik sneeuwkettingen met smalle schakels:

• gebruik voor 205/55 R16" banden sneeuwkettingen van beperkte grootte die maximaal 9 mm buiten het bandprofiel uitsteken;
• gebruik voor 225/45 R17" banden sneeuwkettingen van beperkte grootte die maximaal 7 mm buiten het bandprofiel uitsteken.

BELANGRIJK op 225/40 R18 92V banden kunnen geen sneeuwkettingen gemonteerd worden.

Sneeuwkettingen kunnen tot interferentie met omliggende elementen leiden.

BELANGRIJK Monteer nooit sneeuwkettingen op het noodreservewiel. Als er een voorband lek is, vervang dan een achterwiel door het noodreservewiel en monteer het achterwiel op de vooras. Op die manier kunnen, met twee normale aandrijfwielen aan de voorkant, sneeuwkettingen gemonteerd worden.