■ Plaats van uitstroomopeningen De uitstroomopeningen en luchthoeveelheid veranderen overeenkomstig de geselecteerde luchtcirculatiemodus.
■ Afstellen van de stand en de mate van opening van de uitstroomopeningen
■ Registreren van instellingen van airconditioning in elektronische sleutels (auto's met Smart entry-systeem en startknop)
Het systeem werkt mogelijk niet correct als er meer dan een elektronische sleutel in de buurt is of als het Smart entry-systeem met startknop is gebruikt om het passagiersportier te ontgrendelen.
De instellingen voor de elektronische sleutel en het bijbehorende portier kunnen worden gewijzigd.
Neem contact op met een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Gebruik van de automatische modus De aanjagersnelheid wordt automatisch geregeld op basis van de gekozen temperatuur en de omgevingscondities.
Daarom wordt de aanjager direct na het indrukken van de toets AUTO mogelijk even uitgeschakeld tot er voldoende warme of koude lucht voorhanden is.
■ Beslaan van de ruiten
Wanneer de toets A/C wordt ingedrukt, wordt de lucht die via de uitstroomopeningen stroomt ontvochtigd en wordt de voorruit effectief ontwasemd.
■ Functie voor signalering condens op voorruit (indien aanwezig) Wanneer de automatische modus is ingeschakeld, signaleert de luchtvochtigheidssensor condens op de voorruit en regelt hij de airconditioning om te voorkomen dat de ruiten beslaan.
■ Buitenlucht-/recirculatiemodus
Wanneer tijdens het koelen de recirculatiemodus wordt ingeschakeld, wordt ook het interieur van de auto effectief gekoeld.
■Wanneer de buitentemperatuur laag is De ontvochtigingsfunctie werkt mogelijk niet, ook niet als A/C wordt ingedrukt.
■Werking van de airconditioning in de ECO-modus
■ Geuren ventilatie en airconditioning
■ Interieurfilter
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen De instellingen (bijv. werking van de automatische modus van toets A/C) kunnen worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen)
WAARSCHUWING
■ Voorkomen dat de voorruit beslaat
Het verschil tussen de buitentemperatuur en de temperatuur van de voorruit zorgt ervoor dat de buitenkant van de voorruit beslaat, waardoor het zicht wordt belemmerd.
Anders raakt de luchtstroom mogelijk geblokkeerd, waardoor de voorruitverwarming de voorruit niet kan ontwasemen.
■ Voorkomen van brandwonden
Raak het spiegeloppervlak van de buitenspiegels niet aan wanneer de buitenspiegelverwarming is ingeschakeld.
Raak het onderste deel van de voorruit en de gedeeltes bij de voorstijlen niet aan wanneer de voorruitverwarming is ingeschakeld. (auto's met voorruitverwarming)
■ Luchtvochtigheidssensor (indien aanwezig)
De voorruit is voorzien van een sensor die de luchtvochtigheid in de auto, de temperatuur van de voorruit, enz. meet, om vast te stellen of de ruit is beslagen.
Volg onderstaande punten op om te voorkomen dat de sensor beschadigd raakt.
■ Voorkomen van ontlading van de 12V-accu Laat, als het hybridesysteem is uitgeschakeld, de airconditioning niet langer ingeschakeld dan noodzakelijk is.
■ Gebruik van de automatische modus Druk op de toets AUTO. Wijzig de ingestelde temperatuur. Druk op de toets OFF om de procedure te beëindigen. ■ Controlelampje automatisc ...
De zijkanten van het stuurwiel en de stoelen worden verwarmd door respectievelijk de stuurwielverwarming en de stoelverwarming. WAARSCHUWING Wees voorzichtig wanneer iemand uit onderstaande ...
Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Verwarmd stuurwiel
De handgrepen aan de linker- en rechterzijde van het stuurwiel kunnen
verwarmd worden.
Het contact moet op ON staan.
Druk op de schakelaar om de
stuurwielverwarming in te schakelen.
De stuurw ...
Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Veiligheidsgordels
Vastmaken van de
veiligheidsgordels
Plaats de heupgordel zo laag mogelijk, niet op de onderbuik, en stel
vervolgens de schoudergordel zodanig af dat deze nauwsluitend om uw
lichaam past.
...