Neem de juiste maatregel en controleer dat het waarschuwingslampje uit gaat.
Signaal | Waarschuwing | Te nemen maatregel | ||
![]() |
Wanneer het waarschuwingslampje brandt en de waarschuwingszoemer klinkt (ongeveer 3 seconden), is de bandenspanning in één of meerdere van de banden te laag.
|
Inspecteer de banden en stel deze af op de voorgeschreven bandenspanning
|
||
![]() |
Het lampje gaat branden als de voorruit of de radarsensor vuil zijn of als er een defect is in het systeem. | Controleer de reden waarom het waarschuwingslampje brandt op de
middendisplay.
Als de reden waarom het waarschuwingslampje brandt het gevolg is van een verontreinigde voorruit, de voorruit reinigen. Als het waarschuwingslampje brandt vanwege een vuile radarsensor, het voorembleem reinigen. Laat de auto door een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur controleren als er andere redenen zijn. |
||
![]() |
Het lampje gaat branden wanneer de resterende brandstof ongeveer 9,0 liter bedraagt
|
Brandstof bijtanken. | ||
![]() |
Het 120 km/h waarschuwingslampje gaat branden wanneer de rijsnelheid hoger wordt dan 120 km/h. | Verminder de rijsnelheid. | ||
![]() |
Met waarschuwingslampje voor voorpassagierszitting Het veiligheidsgordelwaarschuwingslampje gaat branden als de bestuurdersstoel of voorpassagierszitting bezet is en de veiligheidsgordel niet vastgemaakt is terwijl het contact op ON staat. Zonder waarschuwingslampje voor voorpassagierszitting Het veiligheidsgordelwaarschuwingslampje gaat branden als de bestuurdersstoel bezet is en de veiligheidsgordel niet vastgemaakt is terwijl het contact op ON staat. Veiligheidsgordelwaarschuwing Als er met de auto wordt gereden terwijl de veiligheidsgordel van de bestuurder of voorpassagier niet is vastgemaakt, gaat het veiligheidsgordelwaarschuwingslampje branden en klinkt er een waarschuwingszoemer. Als de veiligheidsgordel van de bestuurder of de voorpassagier niet aangegespt is (alleen wanneer de voorpassagierszitting bezet is) en de snelheid van de auto hoger is dan ongeveer 20 km/h, gaat het waarschuwingslampje knipperen en wordt er een zoemtoon gegeven. Na een korte tijd stopt het waarschuwingslampje met knipperen. Dit blijft echter branden en de zoemtoon stopt. Als een veiligheidsgordel niet aangegespt blijft, gaat het waarschuwingslampje knipperen en wordt de zoemtoon weer voor een bepaalde tijd geactiveerd. De zoemtoon stopt niet totdat de veiligheidsgordel wordt aangegespt of een bepaalde tijd is verstreken, ook niet als de rijsnelheid afneemt tot minder dan 20 km/h.
|
Maak de veiligheidsgordels vast. | ||
![]() |
Als de veiligheidsgordels van de achterzitting niet zijn vastgemaakt en het contact op ON staat, worden de bestuurder en de passagier gewaarschuwd door het waarschuwingslampje. Het waarschuwingslampje werkt ook als er zich geen passagier op de achterzitting bevindt.
|
Maak de veiligheidsgordels vast. | ||
![]() |
Dit waarschuwingslampje geeft aan dat er weinig sproeiervloeistof over is. | Vul sproeiervloeistof bij. | ||
![]() |
Het lampje gaat branden als een portier/ het kofferdeksel/de achterklep niet goed gesloten is. | Het portier/het kofferdeksel/de achterklep goed sluiten. |
KEY waarschuwingslampje *
Neem de juiste maatregel en controleer dat het waarschuwingslampje uit gaat.
Signaal | Oorzaak | Te nemen maatregel |
![]() |
De sleutelbatterij is uitgeput | Vernieuw de sleutelbatterij |
De sleutel bevindt zich buiten het werkingsbereik | Breng de sleutel in het werkingsbereik | |
De sleutel is geplaatst in delen van het interieur waar de sleutel moeilijk bespeurd kan worden. | ||
Er bevindt zich een soortgelijke sleutel van een andere fabrikant in het werkingsbereik. | Neem de soortgelijke sleutel van de andere fabrikant uit het werkingsbereik. | |
De sleutel is uit het interieur genomen zonder het contact uit te zetten en vervolgens zijn alle portieren gesloten. | Breng de sleutel terug in het interieur |
Als een van de volgende waarschuwingslampjes of het indicatielampje gaat branden/ knipperen, is er mogelijk een defect in het systeem. Raadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een officià ...
Als er een melding is van het voertuig, verschijnt een bericht op de multi-informatiedisplay. Controleer de informatie en neem de noodzakelijke maatregel. Als het waarschuwingslampje gelijkt ...
Toyota Prius (XW50) Instructieboekje (2016-2022). "Fuel Consumption Record" (overzicht brandstofverbruik)
De verandering van het gemiddelde brandstofverbruik na het starten
van het hybridesysteem kan elke 5 minuten of elke 1 km (0,6 mijl)*1
of 1 mijl (1,6 km)*2 rijden worden gecontroleerd. Ook kan de ge ...
Toyota Prius (XW50) Instructieboekje (2016-2022). Rijden in de afstandsregelmodus
In deze modus registreert een radarsensor of er binnen ongeveer 120
meter voor u een voertuig rijdt. Deze sensor wordt tevens gebruikt om
de afstand tussen uw auto en de voorligger te berekenen en e ...