Toyota Prius (XW50) Instructieboekje (2016-2022): Detectiebereik van de sensoren

  1. Ongeveer 100 cm
  2. Ongeveer 150 cm
  3. Ongeveer 60 cm
  4. Ongeveer 100 cm

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Het detectiebereik is rechts in de afbeelding aangegeven. De sensor zal het obstakel echter niet signaleren wanneer dit zich te dichtbij bevindt.
  • Meer informatie m.b.t. de signalering van objecten aan de zijkanten.
  • De afstand waarbij een obstakel kan worden gesignaleerd en of het obstakel kan worden gesignaleerd zijn afhankelijk van de vorm en de status van het obstakel.

Het detectiebereik voor obstakels kan worden gewijzigd.

■Werkingsvoorwaarden Het contact wordt AAN gezet

  • Hoeksensoren voor:
    • De selectiehendel staat niet in stand P
    • De rijsnelheid is ongeveer 10 km/h of lager
  • Zijsensoren voor/zijsensoren achter:
    • De selectiehendel staat niet in stand P
    • De rijsnelheid is ongeveer 10 km/h of lager
    • Het stuurwiel wordt ongeveer 90º of meer gedraaid
  • Binnenste sensoren voor:
    • De selectiehendel staat niet in stand P of R
    • De rijsnelheid is ongeveer 10 km/h of lager
  • Hoeksensoren achter/binnenste sensoren achter: De selectiehendel staat in stand R

■Pop-updisplay sonarsysteem

■Detectie-informatie sensoren

  • Het detectiegebied van de sensoren is beperkt tot het gebied rond de bumper van de auto.
  • Afhankelijk van de vorm van het obstakel en andere factoren kan de detectieafstand korter worden of kan detectie onmogelijk zijn.
  • Mogelijk worden obstakels niet gesignaleerd als deze zich te dicht bij de sensor bevinden.
  • Tussen het signaleren van een object en de weergave zit een kleine vertraging.

    Zelfs wanneer u met een lage snelheid rijdt en u een obstakel te dicht nadert voordat het display en de zoemer worden geactiveerd, worden het display en de zoemer mogelijk helemaal niet geactiveerd.

  • Smalle paaltjes of objecten die lager zijn dan de sensor worden mogelijk niet gesignaleerd wanneer u ze nadert, zelfs als ze eenmaal zijn gesignaleerd.
  • Het kan moeilijk zijn om de geluidssignalen te horen als de audio-installatie hard staat of als de luchtcirculatie van de airconditioning veel geluid produceert.

■Waarschuwingsfunctie obstakel

Wanneer een obstakel zich aan de zijkant van de auto op het traject van de auto bevindt terwijl de auto naar voren of achteren rijdt, informeert deze functie de bestuurder m.b.v. het display en de zoemer.

  1. Obstakel
  2. Berekend traject auto

■Signalering obstakels aan zijkanten

  • Obstakels aan de zijkanten worden tijdens het rijden gesignaleerd door de zijkanten te scannen met de zijsensoren. Herkende obstakels worden gedurende maximaal ongeveer 2 minuten in het geheugen opgeslagen.
  • Obstakels worden mogelijk niet aan de zijkanten gesignaleerd tot de scan is voltooid. Nadat het contact AAN is gezet, wordt het scannen voltooid nadat er korte tijd met de auto is gereden.
  • Wanneer een obstakel, zoals een ander voertuig, een voetganger of een dier, door de zijsensoren is gesignaleerd, blijft het systeem het obstakel mogelijk signaleren, zelfs nadat het obstakel zich niet meer binnen het detectiegebied van de zijsensor bevindt.

■Als "Clean Parking Assist Sensor" (reinig Parking Assist-sensor) wordt weergegeven op het multi-informatiedisplay Mogelijk is een sensor vuil of bedekt met sneeuw of ijs. Wanneer dit in zo'n geval van de sensor wordt verwijderd, moet het systeem weer normaal werken.

Ook kan het gebeuren dat er een storing wordt weergegeven of een obstakel niet wordt gesignaleerd doordat de sensor bij lage buitentemperaturen is bevroren. Als de sensor is ontdooid, moet het systeem weer normaal werken.

■Als "Parking Assist Malfunction" (storing Parking Assist) wordt weergegeven op het multi-informatiedisplay Afhankelijk van de storing in de sensor, werkt het apparaat mogelijk niet normaal.

Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/ reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

■Persoonlijke voorkeursinstellingen De instelling van het geluidsvolume van de zoemer kan worden gewijzigd.

(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen)

WAARSCHUWING

■Als de Toyota Parking Assist-sensor in gebruik is Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om ongevallen te voorkomen.

  • Overschrijd de snelheidslimiet van 10 km/h niet.
  • Het detectiegebied van de sensoren en de reactietijden zijn beperkt. Controleer tijdens het voor- of achteruitrijden of de omgeving (vooral naast de auto) veilig is en rijd langzaam. Regel de snelheid met het rempedaal.
  • Monteer geen accessoires binnen de detectiegebieden van de sensoren.

 

WAARSCHUWING

■Sensoren Bepaalde omstandigheden van de auto en de omgeving kunnen een negatieve invloed hebben op het vermogen van de sensor om obstakels correct te signaleren. Specifieke situaties waarin dit voor kan komen ziet u hieronder.

  • Er zit vuil, sneeuw of ijs op de sensor. (Het reinigen van de sensoren zal het probleem oplossen.)
  • De sensor is bevroren. (Het ontdooien van de sensor zal het probleem oplossen.) Vooral bij lage buitentemperaturen kan het gebeuren dat er ten gevolge van een bevroren sensor een abnormaal beeld te zien is op het display of dat obstakels niet worden gesignaleerd.
  • De sensor is op een of andere manier afgedekt.
  • Bij fel zonlicht of extreem lage buitentemperaturen
  • De auto rijdt op een bijzonder hobbelige weg, op een helling, op grind of op gras
  • Er is veel omgevingslawaai rond de auto van claxons, motorfietsmotoren, luchtremmen van vrachtwagens of andere geluidsbronnen die ultrasone geluidsgolven produceren.
  • Er spat water op de sensor of de sensor wordt doornat als gevolg van zware regenval.
  • De sensor wordt doornat als gevolg van een overstroomde weg.
  • De auto helt sterk over naar één zijde.
  • De auto is uitgerust met een staafantenne of een draadloze antenne.
  • De auto nadert een hoge of gebogen stoeprand.
  • Het detectiegebied wordt verkleind als gevolg van een object, zoals een verkeersbord.
  • Objecten direct onder de bumper worden niet waargenomen.
  • Als het obstakel zich te dicht bij de sensor bevindt.
  • Als de bumper of sensor een sterke schok ondergaat.
  • Als een niet-originele Toyota-wielophanging (bijvoorbeeld verlaagde wielophanging) is gemonteerd.
  • Er is een andere auto uitgerust met Parking Assist-sensoren in de nabije omgeving.
  • Er zijn sleepogen geplaatst.
  • Er is een kentekenplaat met achtergrondverlichting gemonteerd.

Naast de bovenstaande voorbeelden is signalering wellicht niet mogelijk, afhankelijk van de vorm en de staat van het obstakel, of wordt het detectiebereik korter.

 

WAARSCHUWING

■Zijsensoren In de onderstaande situaties werkt het sonarsysteem mogelijk niet goed, waardoor een ongeval kan ontstaan. Rijd met de nodige voorzichtigheid.

  • Obstakels worden mogelijk niet aan de zijkanten gesignaleerd tot er kort met de auto is gereden en de scan van de zijkanten is voltooid.
  • Zelfs nadat de scan van de zijkanten is voltooid, kunnen obstakels zoals andere voertuigen, mensen of dieren die vanaf opzij naderen niet worden gesignaleerd.
  • Zelfs nadat de scan van de zijkanten is voltooid, kunnen obstakels mogelijk niet worden gesignaleerd, afhankelijk van de situatie rondom de auto.

    Op dat moment wordt de weergave van de werking van de zijsensor tijdelijk uitgeschakeld.

■Obstakels die mogelijk niet goed worden gesignaleerd

  • Door de vorm van het obstakel kan de sensor het niet signaleren. Let goed op bij de volgende obstakels:
    • Kabels, hekken, touwen, enz.
    • Katoen, sneeuw en andere materialen die geluidsgolven absorberen
    • Zeer hoekige objecten
    • Lage obstakels
    • Hoge obstakels waarbij het bovenste deel uitsteekt in de richting van uw auto
    • Mogelijk worden mensen die bepaalde soorten kleding dragen niet gesignaleerd.
    • Bewegende objecten zoals mensen of dieren

 

OPMERKING

■Als de Toyota Parking Assist-sensor in gebruik is In de volgende gevallen werkt het systeem mogelijk niet goed als gevolg van een storing in een sensor, enz. Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

  • Het display van de Toyota Parking Assist-sensor knippert en er klinkt een piepsignaal als er geen obstakel wordt gesignaleerd.
  • Als het gedeelte rond de sensor in aanraking komt met iets of wordt blootgesteld aan een krachtige schok.
  • Als de bumper ergens tegenaan komt.
  • Als het display wordt weergegeven en weergegeven blijft worden terwijl er geen piepsignaal klinkt.
  • Controleer eerst de sensor als er een weergavefout optreedt.

    Als de fout zich voordoet terwijl er geen ijs, sneeuw of modder op de sensor zit, is de sensor waarschijnlijk defect.

■Opmerkingen bij het wassen van de auto Stel de omgeving van de sensoren niet bloot aan sterke waterstralen of stoom.

Anders kan de sensor defect raken.

    Weergave sensorsignalering, afstand tot obstakel

    ■ Weergave afstand Sensoren die een obstakel signaleren, branden continu of knipperen. Binnenste sensoren voor Hoeksensoren voor Sensoren voorzijde Zijsensoren achter Hoeksensor ...

    Intelligent sonarsysteem

    Wanneer zich mogelijk een aanrijding met een obstakel zal voordoen bij het parkeren of het rijden met een lage snelheid en de auto plotseling naar voren beweegt doordat het gaspedaal per ongeluk wo ...

    Zie ook:

    Toyota Prius (XW50) Instructieboekje (2016-2022). Simple Intelligent Parking Assist-systeem
    ■ Overzicht van functies Het Simple Intelligent Parking Assist-systeem bedient automatisch het stuurwiel voor ondersteuning bij het achteruitrijden in een gebied naast een beoogde parkeerplaa ...

    Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Identificatienummers
    Voertuig-identificatienummer (Zuid-Afrika, Vereniging van Arabische Golfstaten) Met het voertuig-identificatienummer wordt uw voertuig wettelijk geïdentificeerd. Het nummer staat op een plaatje ...

    Auto modellen:

    © 2021-2025 Alle rechten voorbehouden www.cmodellen.nl