Toyota Prius (XW50) Instructieboekje (2016-2022): PCS (Pre-Crash Safety-systeem)

Het Pre-Crash Safety-systeem maakt gebruik van een radarsensor en een camerasensor om voertuigen en voetgangers*1 voor uw auto te signaleren. Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voorzijde met een voertuig of een voetganger waarschijnlijk is, wordt een waarschuwing geactiveerd om de bestuurder aan te sporen om uit te wijken en wordt de potentiële remdruk verhoogd om de bestuurder te helpen een aanrijding te voorkomen. Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voorzijde met een voertuig of een voetganger zeer waarschijnlijk is, worden de remmen automatisch bekrachtigd om te helpen een aanrijding te voorkomen of om de impact van een aanrijding te helpen verminderen.

Het Pre-Crash Safety-systeem kan worden in-/uitgeschakeld en het waarschuwingstijdstip kan worden gewijzigd.

*1: Afhankelijk van de regio waarin de auto is verkocht, is de voetgangerdetectiefunctie mogelijk niet beschikbaar. Neem voor meer informatie contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Pre-Crash-waarschuwing Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voorzijde waarschijnlijk is, klinkt er een zoemer en wordt er een waarschuwingsmelding weergegeven op het multi-informatiedisplay om de bestuurder aan te sporen om uit te wijken.

Gebruik van de ondersteunende systemen

Pre-Crash Brake Assist Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voorzijde waarschijnlijk is, past het een grotere remkracht toe in relatie tot de kracht waarmee het rempedaal wordt ingetrapt.

Pre-Crash Brake-systeem Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voorzijde waarschijnlijk is, waarschuwt het de bestuurder. Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voorzijde zeer waarschijnlijk is, worden de remmen automatisch bekrachtigd om te helpen een aanrijding te voorkomen of de snelheid van de aanrijding te verlagen.

WAARSCHUWING

■Beperkingen van het Pre-Crash Safety-systeem

  • De bestuurder is volledig verantwoordelijk voor een veilig rijgedrag. Rijd altijd veilig en houd rekening met de omgeving.

    Gebruik het Pre-Crash Safety-systeem nooit in plaats van normaal remmen.

    Dit systeem voorkomt niet in alle gevallen een aanrijding en vermindert ook niet altijd de schade of het letsel bij de aanrijding. Vertrouw niet alleen op dit systeem. Als u dat wel doet, kunt u een ongeval veroorzaken, waardoor ernstig letsel kan ontstaan.

  • Hoewel dit systeem is ontworpen om aanrijdingen te helpen voorkomen of de impact van een aanrijding te helpen verminderen, is het effect afhankelijk van allerlei omstandigheden. Hierdoor bereikt het systeem mogelijk niet altijd hetzelfde prestatieniveau.

    Lees de hierna gegeven aanwijzingen aandachtig door. Vertrouw niet blindelings op dit systeem en rijd altijd voorzichtig.

    • Omstandigheden waaronder het systeem mogelijk werkt, zelfs als er geen kans op een aanrijding is
    • Omstandigheden waaronder het systeem mogelijk niet juist werkt:
  • Probeer niet zelf de werking van het Pre-Crash Safety-systeem te testen, omdat het systeem mogelijk niet juist werkt, hetgeen kan leiden tot een ongeval.

■Pre-Crash Brake-systeem

  • Het Pre-Crash Brake-systeem werkt mogelijk niet, afhankelijk van de bediening van de auto door de bestuurder. Als het gaspedaal diep wordt ingetrapt of het stuurwiel wordt gedraaid, oordeelt het systeem mogelijk dat de bestuurder een uitwijkactie uitvoert en werkt het Pre-Crash Brakesysteem mogelijk niet.
  • Terwijl het Pre-Crash Brake-systeem is ingeschakeld, wordt in sommige gevallen de werking ervan mogelijk uitgeschakeld, wanneer het gaspedaal diep wordt ingetrapt of het stuurwiel wordt gedraaid en het systeem oordeelt dat de bestuurder een uitwijkactie uitvoert.
  • Als het rempedaal wordt ingetrapt, oordeelt het systeem mogelijk dat de bestuurder een uitwijkactie uitvoert en stelt het mogelijk het werkingstijdstip van de Pre-Crash Brake-functie uit.

 

WAARSCHUWING

■Wanneer moet het Pre-Crash Safety-systeem uitgeschakeld worden Schakel in de volgende situaties het systeem uit, omdat het mogelijk niet juist werkt, hetgeen kan leiden tot een ongeval waarbij ernstig letsel kan ontstaan:

  • Als de auto wordt gesleept
  • Als uw auto een andere auto sleept
  • Bij het vervoeren van de auto op een vrachtwagen, boot, trein of vergelijkbaar transportmiddel
  • Wanneer de auto wordt opgetakeld terwijl het hybridesysteem in werking is en de wielen vrij kunnen draaien
  • Tijdens controle van de auto met een rollentestbank, zoals een vermogensbank of snelheidsmetertester, of bij gebruik van een wielstabilisator
  • Als de voorbumper of grille wordt blootgesteld aan krachtige schokken ten gevolge van een ongeval o.i.d.
  • Als niet op een stabiele wijze kan worden gereden met de auto, bijvoorbeeld als hij betrokken is geweest bij een ongeval of als er storingen zijn
  • Als met een sportieve rijstijl of in het terrein wordt gereden
  • Als de banden niet op de juiste spanning zijn
  • Als de banden erg versleten zijn
  • Als er een andere maat banden dan voorgeschreven is gemonteerd
  • Als er sneeuwkettingen worden gebruikt
  • Als er een compact reservewiel of een bandenreparatieset wordt gebruikt
  • Als er tijdelijk uitrusting (sneeuwploeg, enz.) die de radarsensor of de camerasensor kan hinderen op de auto is geplaatst

Wijzigen van de instellingen van het Pre-Crash Safety-systeem

■ In-/uitschakelen van het Pre-Crash Safety-systeem Het Pre-Crash Safety-systeem kan worden ingeschakeld/uitgeschakeld via van het multi-informatiedisplay.

Het systeem wordt automatisch ingeschakeld telkens wanneer het contact AAN wordt gezet.

Als het systeem wordt uitgeschakeld, gaat het waarschuwingslampje PCS branden en wordt er een melding weergegeven op het multi-informatiedisplay.

Gebruik van de ondersteunende systemen

■ Wijzigen van de timing van de Pre-Crash-waarschuwing De timing van de Pre-Crash-waarschuwing kan worden gewijzigd via van het multi-informatiedisplay.

De instelling van de timing blijft behouden als het contact UIT wordt gezet.

  1. Ver weg
    De waarschuwing treedt eerder in werking dan bij de standaardtiming.
  2. Gemiddeld
    Dit is de standaardinstelling.
  3. Dichtbij
    De waarschuwing treedt later in werking dan bij de standaardtiming.

Gebruik van de ondersteunende systemen

■Werkingsvoorwaarden De beschikbaarheid van de voetgangerdetectiefunctie is afhankelijk van de regio waarin de auto is verkocht.

Regio's

Beschikbaarheid functie

Regio A De voetgangerdetectiefunctie is beschikbaar
Regio B De voetgangerdetectiefunctie is niet beschikbaar

Lees het volgende voor meer informatie:

Regio A (De voetgangerdetectiefunctie is beschikbaar)

Het Pre-Crash Safety-systeem wordt ingeschakeld en het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voorzijde met een voertuig of een voetganger waarschijnlijk is.

De verschillende functies werken bij de volgende snelheden:

  • Pre-Crash-waarschuwing:
    • De rijsnelheid ligt tussen ongeveer 10 en 180 km/h. (Voor het signaleren van een voetganger ligt de rijsnelheid tussen ongeveer 10 en 80 km/h.)
    • Het snelheidsverschil tussen uw auto en het voertuig of de voetganger voor u is ongeveer 10 km/h of groter.
  • Pre-Crash Brake Assist:
    • De rijsnelheid ligt tussen ongeveer 30 en 180 km/h. (Voor het signaleren van een voetganger ligt de rijsnelheid tussen ongeveer 30 en 80 km/h.)
    • Het snelheidsverschil tussen uw auto en het voertuig of de voetganger voor u is ongeveer 30 km/h of groter.
  • Pre-Crash Brake-systeem:
    • De rijsnelheid ligt tussen ongeveer 10 en 180 km/h. (Voor het signaleren van een voetganger ligt de rijsnelheid tussen ongeveer 10 en 80 km/h.)
    • Het snelheidsverschil tussen uw auto en het voertuig of de voetganger voor u is ongeveer 10 km/h of groter.

Het systeem werkt in de volgende situaties mogelijk niet:

  • Als een accupool is losgenomen en weer aangesloten en er vervolgens gedurende een bepaalde tijd niet met de auto is gereden
  • Als de selectiehendel in stand R staat
  • Als de VSC wordt uitgeschakeld (alleen de Pre-Crash-waarschuwingsfunctie werkt)
  • Als het waarschuwingslampje PCS knippert of brandt

Regio B (De voetgangerdetectiefunctie is niet beschikbaar)

Het Pre-Crash Safety-systeem wordt ingeschakeld en het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voorzijde met een voertuig waarschijnlijk is.

De verschillende functies werken bij de volgende snelheden:

  • Pre-Crash-waarschuwing:
    • De rijsnelheid ligt tussen ongeveer 15 en 180 km/h.
    • Het snelheidsverschil tussen uw auto en de voorligger is ongeveer 10 km/h of groter.
  • Pre-Crash Brake Assist:
    • De rijsnelheid ligt tussen ongeveer 30 en 180 km/h.
    • Het snelheidsverschil tussen uw auto en de voorligger is ongeveer 30 km/h of groter.
  • Pre-Crash Brake-systeem:
    • De rijsnelheid ligt tussen ongeveer 15 en 180 km/h.
    • Het snelheidsverschil tussen uw auto en de voorligger is ongeveer 10 km/h of groter.

      Het systeem werkt in de volgende situaties mogelijk niet:

  • Als een accupool is losgenomen en weer aangesloten en er vervolgens gedurende een bepaalde tijd niet met de auto is gereden
  • Als de selectiehendel in stand R staat
  • Als de VSC wordt uitgeschakeld (alleen de Pre-Crash-waarschuwingsfunctie werkt)
  • Als het waarschuwingslampje PCS knippert of brandt

■Voetgangerdetectiefunctie*2

Het Pre-Crash Safety-systeem signaleert voetgangers op basis van de grootte, het profiel en de beweging van een gesignaleerd object. Afhankelijk van de helderheid van het omgevingslicht en de beweging, het postuur en de hoek van het gesignaleerde object wordt een voetganger mogelijk niet gesignaleerd, waardoor het systeem niet goed werkt.

*2: Afhankelijk van de regio waarin de auto is verkocht, is de voetgangerdetectiefunctie mogelijk niet beschikbaar.

■Uitschakelen van het Pre-Crash Brake-systeem Als zich een van de volgende situaties voordoet terwijl de Pre-Crash Brakefunctie in werking is, wordt dit systeem uitgeschakeld:

  • Het gaspedaal wordt diep ingetrapt.
  • Er wordt een scherpe stuurbeweging gemaakt of het stuurwiel wordt plotseling gedraaid.

■Omstandigheden waaronder het systeem mogelijk werkt, zelfs als er geen kans op een aanrijding is

  • In sommige situaties, zoals de onderstaande, oordeelt het systeem mogelijk dat een aanrijding aan de voorzijde waarschijnlijk is en treedt het in werking.
    • Wanneer een voertuig of een voetganger wordt gepasseerd*2
    • Wanneer van rijstrook wordt gewisseld bij het inhalen van een voorligger
    • Wanneer een voorligger wordt ingehaald die van rijstrook wisselt
    • Wanneer een voorligger wordt ingehaald die links of rechts afslaat

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Wanneer een tegenligger wordt gepasseerd die stilstaat om rechts of links af te slaan

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Wanneer wordt gereden op een weg waar de relatieve locatie ten opzichte van een voorligger in een aangrenzende rijstrook kan veranderen, bijvoorbeeld op een kronkelige weg

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Wanneer u snel een voorligger nadert
  • Wanneer de voorzijde van de auto is verhoogd of verlaagd, bijvoorbeeld op een ongelijk of glooiend wegdek
  • Bij het naderen van objecten langs de kant van de weg, zoals vangrails, elektriciteitspalen, bomen of muren
  • Wanneer er bij het begin van een bocht een voertuig, voetganger*2 of object naast de weg aanwezig is

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Wanneer wordt gereden op een smalle weg die wordt omgeven door een constructie, zoals in een tunnel of op een ijzeren brug
  • Als op de weg of naast de weg een metalen object (putdeksel, staalplaat, enz), stoep of uitsteeksel aanwezig is
  • Als een overstekende voetganger de auto zeer dicht nadert*2

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Wanneer wordt gereden op plaatsen met een lage constructie boven de weg (laag plafond, verkeersbord, enz.)

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Wanneer onder een object (billboard, enz.) boven op een helling door wordt gereden

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Wanneer u snel een slagboom van een elektronisch tolpoortje, van een parkeerterrein of een andere slagboom nadert
  • Wassen in een autowasstraat
  • Wanneer u door of onder objecten door rijdt die de auto kunnen raken, zoals hoog gras, boomtakken of een spandoek

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Als de auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz. van een voorligger
  • Als u door een stoomwolk of rookwolk rijdt
  • Als er patronen of verf op de weg of op een muur aanwezig zijn/is die kunnen/kan worden aangezien voor een voertuig of voetganger*2
  • Als wordt gereden in de buurt van een object dat radiogolven weerkaatst, zoals een grote vrachtwagen of een vangrail
  • Als wordt gereden in de buurt van een televisiezendmast, radiozender, elektriciteitscentrale of andere locatie waar sterke radiogolven of elektromagnetische velden aanwezig zijn

*2: Afhankelijk van de regio waarin de auto is verkocht, is de voetgangerdetectiefunctie mogelijk niet beschikbaar.

■Situaties waarin het systeem mogelijk niet goed werkt

  • In sommige situaties, zoals onderstaande, wordt een voertuig mogelijk niet gesignaleerd door de radarsensor en de camerasensor, waardoor het systeem niet goed werkt:
    • Als een tegenligger uw auto nadert
    • Als een voorligger een voertuig op twee wielen betreft
    • Als u de zijkant of voorzijde van een auto nadert
    • Als een voorligger een smalle achterzijde heeft, zoals een onbeladen vrachtwagen
    • Als een voorligger een lage achterzijde heeft, zoals een dieplader

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Als een voorligger lading vervoert die voorbij de achterbumper uitsteekt
  • Als een voorligger een extreem grote bodemvrijheid heeft

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Als een voorligger ongelijkmatige vormen heeft, zoals een tractor of een zijspan
  • Als de zon of ander licht rechtstreeks op een voorligger schijnt
  • Als uw auto plotseling wordt gesneden of als een auto opeens vanachter een andere auto opduikt
  • Als de voorligger een abrupte beweging maakt (zoals plotseling uitwijken, accelereren of decelereren)
  • Wanneer u plotseling achter een voorligger invoegt
  • Als een voorligger zich niet direct voor uw auto bevindt

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Bij het rijden onder barre weersomstandigheden, bijvoorbeeld bij zware regenval, mist, sneeuw of een zandstorm
  • Als de auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz. van een voorligger
  • Als u door een stoomwolk of rookwolk rijdt
  • Wanneer er wordt gereden op een plek waar de helderheid van het omgevingslicht plotseling verandert, zoals bij het in- of uitrijden van een tunnel
  • Wanneer een zeer fel licht, bijvoorbeeld de zon of de koplampen van tegemoetkomend verkeer, rechtstreeks in de camerasensor schijnt
  • Wanneer de omgeving schemerig is, zoals bij zonsopgang of zonsondergang of in een tunnel
  • Nadat het hybridesysteem is gestart en de auto een poosje heeft stilgestaan
  • Bij het links of rechts afslaan en een paar seconden na het links of rechts afslaan
  • Bij het rijden in een bocht en een paar seconden na het rijden in een bocht
  • Als uw auto in een slip raakt
  • Wanneer de voorzijde van de auto is verhoogd of verlaagd

Gebruik van de ondersteunende systemen

  • Als de wielen niet goed zijn uitgelijnd
  • Als een ruitenwisserblad de camerasensor blokkeert
  • De auto schommelt
  • Er wordt gereden met extreem hoge snelheden
  • Als op een helling wordt gereden
  • Wanneer de radarsensor of de camerasensor niet goed is uitgelijnd
  • In sommige situaties, zoals onderstaande, wordt er mogelijk onvoldoende remkracht gegenereerd, waardoor het systeem niet goed werkt:
    • Als de functies van het remsysteem niet volledig hun werk kunnen doen, zoals wanneer de onderdelen van het remsysteem zeer koud, zeer heet of nat zijn
    • Als de auto niet goed is onderhouden (remmen of banden zijn overmatig versleten, onjuiste bandenspanning, enz.)
    • Wanneer er met de auto wordt gereden op een grindpad of op een ander glad oppervlak
  • Sommige voetgangers, zoals hieronder beschreven, worden mogelijk niet gesignaleerd door de radarsensor en de camerasensor, waardoor het systeem niet goed werkt*2:
    • Voetgangers kleiner dan ongeveer 1 m of groter dan ongeveer 2 m
    • Voetgangers die ruimvallende kleding (een regenjas, lange rok, enz.) dragen waardoor hun silhouet vaag wordt
    • Voetgangers die grote bagage dragen, een paraplu vasthouden, enz. die een deel van hun lichaam verbergt
    • Voetgangers die voorover buigen of hurken
    • Voetgangers die een kinderwagen, rolstoel, fiets of ander voertuig duwen
    • Groepen voetgangers die dicht bij elkaar lopen
    • Voetgangers die witte of felle kleding dragen
    • Voetgangers in het donker, zoals 's nachts of in een tunnel
    • Voetgangers die kleding dragen die bijna dezelfde kleur heeft en even licht is als de omgeving
    • Voetgangers in de buurt van muren, hekken, vangrails of grote objecten
    • Voetgangers die op een metalen object (putdeksel, staalplaat, enz.) op de weg staan
    • Voetgangers die snel lopen
    • Voetgangers die abrupt van snelheid veranderen
    • Voetgangers die van achter een auto of een groot object vandaan komen
    • Voetgangers die zich heel dicht bij de zijkant van de auto (buitenspiegel, enz.) bevinden

*2: Afhankelijk van de regio waarin de auto is verkocht, is de voetgangerdetectiefunctie mogelijk niet beschikbaar.

■Als het waarschuwingslampje PCS knippert en er een waarschuwingsmelding wordt weergegeven op het multi-informatiedisplay Het Pre-Crash Safety-systeem is mogelijk tijdelijk niet beschikbaar of er is mogelijk een storing aanwezig in het systeem.

  • In de volgende situaties gaat het waarschuwingslampje uit, verdwijnt de melding en wordt het systeem ingeschakeld wanneer de condities weer normaal worden:
    • Wanneer de radarsensor, de camerasensor of het gebied rondom de sensor heet is, bijvoorbeeld als de auto in de zon staat
    • Wanneer de radarsensor, de camerasensor of het gebied rondom de sensor koud is, bijvoorbeeld in een extreem koude omgeving
    • Wanneer de radarsensor of het grille-embleem vuil is of als er sneeuw, enz. op zit.
    • Als het gedeelte van de voorruit vóór de camerasensor is beslagen of wanneer er condens of ijs op de voorruit zit (Ontwasemen van de voorruit)
    • Als de camerasensor wordt geblokkeerd, bijvoorbeeld wanneer de motorkap open is of een sticker is bevestigd op de voorruit in de buurt van de camerasensor
  • Als het waarschuwingslampje PCS blijft knipperen of de waarschuwingsmelding niet verdwijnt, is er mogelijk een storing aanwezig in het systeem.

    Laat uw auto direct controleren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/ reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

■Als de VSC wordt uitgeschakeld

  • Als de VSC wordt uitgeschakeld, worden ook het Pre-Crash Brake Assist-systeem en de Pre-Crash Brake-functie uitgeschakeld.
  • Het waarschuwingslampje PCS gaat branden en "VSC Turned Off Pre- Crash Brake System Unavailable" (VSC uitgeschakeld, Pre-Crash Brakesysteem niet beschikbaar) wordt weergegeven op het multi-informatiedisplay.

    Sensoren

    Twee soorten sensoren, die zich achter de grille en de voorruit bevinden, signaleren informatie die nodig is voor de werking van de ondersteunende systemen. Radarsensor Camerasensor ...

    LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling)

    Overzicht van functies Als wordt gereden op autowegen en snelwegen met witte (gele) lijnen waarschuwt deze functie de bestuurder als de auto de rijstrook dreigt te verlaten en helpt hij om de auto ...

    Zie ook:

    Toyota Prius (XW50) Instructieboekje (2016-2022). Startblokkering
    De sleutels van de auto zijn uitgerust met ingebouwde transponderchips die voorkomen dat het hybridesysteem gestart kan worden met een sleutel die niet in een eerder stadium is geregistreerd in de ...

    Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Modus voor handbediende overschakeling
    De modus voor handbediende overschakeling geeft u het gevoel met een auto met handgeschakelde versnellingsbak te rijden doordat u de keuzehendel handmatig kunt bedienen. Dit maakt dat u het motort ...

    Auto modellen:

    © 2021-2025 Alle rechten voorbehouden www.cmodellen.nl