Om van dimlicht naar grootlicht om te schakelen, duwt u tegen de hendel.
Om het dimlicht in te schakelen, duwt u nogmaals tegen de hendel of u trekt eraan.
Waarschuwing Zet de koplampen bij tegemoetkomend verkeer of andere voertuigen voor u altijd van grootlicht op dimlicht. Bij grootlicht kunnen medeweggebruikers verblind raken, met mogelijk een botsing als gevolg. |
Lichtsignaal
Lichtsignaal activeren door de hendel naar u toe te trekken.
Koplampverstelling
Handmatige koplampverstelling
U kunt de lichtbundelhoogte aanpassen
aan de belading om verblinding
te voorkomen: draai het kartelwieltje
in de gewenste stand.
0 = zitplaatsen voorin bezet
1 = alle zitplaatsen bezet
2 = alle zitplaatsen bezet en bagage in de bagageruimte
3 = bestuurdersstoel bezet en bagage in de bagageruimte
Koplampen in het buitenland
Het asymmetrische dimlicht biedt meer zicht op de rand van de weg aan de passagierskant.
Stel bij het rijden in landen met linksrijdend verkeer de koplampen bij om tegenliggers niet te verblinden.
Koplampen door een werkplaats laten bijstellen.
Dagrijlicht
Door het dagrijlicht neemt de zichtbaarheid van de auto overdag toe.
Alarmknipperlichten
Bediening met toets .
De alarmknipperlichten worden automatisch ingeschakeld wanneer de airbags in werking treden.
Richtingaanwijzers
Hendel omhoog = Richtingaanwijzer rechts
Hendel omlaag = Richtingaanwijzer links
Als de hendel voorbij het weerstandspunt wordt geduwd, blijft de richtingaanwijzer ingeschakeld. Bij het terugdraaien van het stuurwiel gaat de richtingaanwijzer automatisch uit.
Om driemaal te knipperen, bijv. om van rijstrook te wisselen, de hendel tot tegen het weerstandspunt duwen en loslaten.
Voor langer richting aanwijzen de hendel tot tegen het weerstandspunt duwen en vasthouden.
Schakel de richtingaanwijzer handmatig uit door de hendel op de oorspronkelijke stand te zetten.
Mistlampen voor
Bediening met toets .
Mistachterlichten
Bediening met toets .
Lichtschakelaar in stand Auto: bij inschakelen van het mistachterlicht worden de koplampen automatisch ingeschakeld.
Lichtschakelaar in stand : mistachterlicht
kan alleen in combinatie met
voorste mistlampen worden ingeschakeld.
Parkeerlichten
Bij het parkeren kunnen de parkeerlichten voor en achter aan één kant worden ingeschakeld:
Bevestiging door een geluidssignaal en de bijbehorende controlelamp van de richtingaanwijzer.
Achteruitrijlichten
Het achteruitrijlicht gaat branden wanneer het contact aanstaat en de auto in de achteruitversnelling staat.
Aangeslagen lampenglazen
De binnenkant van de lampenglazen kan bij koud en vochtig weer, bij hevige regen of na een wasbeurt korte tijd beslaan. De condens verdwijnt na korte tijd vanzelf, om dit te versnellen de verlichting inschakelen.
Wanneer de automatische verlichting is ingeschakeld en de motor loopt, wordt er automatisch gewisseld tussen dagrijlicht en automatische verlichting afhankelijk van het omgevingslicht en d ...
Regelbare instrumentenverlichting Wanneer de rijverlichting aanstaat, kunt u de lichtsterkte van de volgende lampen regelen: Instrumentenverlichting Info-Display Verlichte schakelaars ...
Fiat Bravo II Instructieboekje (2007-2016). De sleutels
CODE-CARD (voor bepaalde versies/markten)
Een CODE-card fig. 5 wordt samen met de sleutels geleverd. Deze moet
getoond worden aan een Fiat Servicepunt als u duplicaatsleutels nodig heeft.
BELANG ...
Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Beveiligingssysteem
Aanbrengen van wijzigingen en aanvullende
apparatuur
Mazda kan niet garant staan voor de juiste werking van het
startblokkeersysteem en het anti-diefstal beveiligingssysteem als er
wijzigingen ...