Gevaar
Motoruitlaatgassen bevatten het
giftige en bovendien kleur- en
geurloze koolmonoxide dat bij inademen
levensgevaarlijk kan zijn.
Wanneer uitlaatgassen in de passagiersruimte dringen, de ruiten openen. Oorzaak van de storing door een werkplaats laten verhelpen. Niet met een geopende achterklep rijden, aangezien er dan uitlaatgassen de passagiersruimte binnen kunnen dringen. |
Roetfilter
Het roetfilter verwijdert schadelijke roetdeeltjes uit de uitlaatgassen. Het systeem heeft een zelfreinigende functie die tijdens het rijden automatisch wordt geactiveerd. Het filter wordt gereinigd door achtergebleven roetdeeltjes bij een hoge temperatuur te verbranden. Dit proces vindt onder bepaalde rijomstandigheden automatisch plaats en kan 10 tot 25 minuten duren. Autostop is niet beschikbaar en het brandstofverbruik kan tijdens deze periode hoger zijn. Enige geuren rookontwikkeling tijdens deze procedure is normaal.
Onder bepaalde rijomstandigheden, bijv. bij korte ritten, kan het systeem zichzelf niet automatisch reinigen.
Wanneer het filter gereinigd moet
worden, maar de recente rijomstandigheden
dat niet toelieten, knippert
of brandt controlelamp . Blijven rijden
met een minimale snelheid
50 km/u gedurende 15 minuten of tot
het controlelampje uitgaat. Indien nodig
terugschakelen. De reiniging van
het roetfilter wordt dan gestart.
Het wordt afgeraden om tijdens de reiniging de rit te beëindigen of de motor af te zetten.
Voorzichtig Wordt het reinigingsproces meer dan eens onderbroken, dan is de kans groot dat er zware motorschade ontstaat. |
De reiniging verloopt het snelst bij hoge motortoeren en een zware belasting.
Controlelamp dooft zodra de zelfreiniging
is afgerond.
Katalysator
De katalysator vermindert de hoeveelheid schadelijke stoffen in de uitlaatgassen.
Voorzichtig
Het gebruik van andere brandstofkwaliteiten
dan die genoemd op
pagina, kan aanleiding
geven tot schade aan de katalysator
en elektronische onderdelen.
Onverbrande benzine kan leiden tot oververhitting van en schade aan de katalysator. Daarom de startmotor niet onnodig lang laten draaien, de tank niet leegrijden en de motor niet door duwen of slepen proberen te starten. |
Bij overslag, een onregelmatige motorloop, beperkingen van het motorvermogen of andere ongewone storingen, de oorzaak van de storing meteen door een werkplaats laten verhelpen. In noodgevallen kan er korte tijd met matige snelheid en laag motortoerental verder worden gereden.
Nieuwe auto inrijden Houd u de eerste paar honderd kilometer aan het onderstaande om de prestaties en het brandstofverbruik van uw auto te verbeteren en te zorgen dat deze langer meegaat: ...
Met de automatische versnellingsbak kunt u zowel handmatig (handmatige modus) als automatisch schakelen (automatische modus). Versnellingsbakdisplay De modus of ingeschakelde versnelling ...
Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Opbergplaatsen van reservewiel en gereedschapset
OPMERKING
Het is mogelijk dat uw auto al dan niet is uitgerust met een
reservewiel, krik, wielmoersleutel en gereedschapset. Raadpleeg voor
bijzonderheden een officiële Mazda repar ...
Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Bediening van de DVD (Digital Versatile Disc) speler
Type
Afspeelbare gegevens
DVD VIDEO/DVDVR speler
DVD VIDEO/DVD-VR bestand
Insteken van de DVD
Steek de DVD in de gleuf met het label naar boven gericht. De DVD wordt
...