Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019): Accu is uitgeput

Starten met een hulpaccu kan gevaarlijk zijn wanneer dit niet op de juiste wijze gebeurt.

Volg daarom de procedure nauwkeurig op. Indien u hiermee niet vertrouwd bent, raden wij u ten sterkste aan het starten van uw auto met een hulpaccu over te laten aan een deskundige monteur of aan de wegenwacht.

WAARSCHUWING

Volg deze voorzorgsmaatregelen nauwkeurig op: Lees voor een veilige en juiste behandeling van de accu onderstaande voorzorgsmaatregelen nauwkeurig alvorens de accu te gebruiken of te inspecteren.

Laat de positieve (+ ) pool niet in aanraking komen met een ander metalen voorwerp dat vonken kan veroorzaken: Open vuur en vonken in de buurt van open accucellen zijn gevaarlijk. Waterstofgas dat bij normaal gebruik van de accu wordt geproduceerd kan tot ontbranding komen en de accu tot ontploffing brengen. Een ontploffende accu kan ernstige brandwonden en letsel veroorzaken. Laat bij het werken in de buurt van een accu geen metalen gereedschap in aanraking komen met de positieve ( +) of negatieve (- ) pool van de accu.

Houd alle open vuur, zoals sigaretten en vonken, uit de buurt van open accucellen: Open vuur en vonken in de buurt van open accucellen zijn gevaarlijk. Waterstofgas dat bij normaal gebruik van de accu wordt geproduceerd kan tot ontbranding komen en de accu tot ontploffing brengen. Een ontploffende accu kan ernstige brandwonden en letsel veroorzaken.

Nooit met een bevroren accu of met een accu met een laag vloeistofniveau via het gebruik van een hulpaccu proberen te starten: Proberen te starten met een hulpaccu wanneer de uitgeputte accu bevroren is of wanneer het vloeistofniveau laag is, is gevaarlijk. De accu kan dan scheuren of tot ontploffing komen, hetgeen ernstig letsel kan veroorzaken.

Sluit de negatieve kabel aan op een geschikt massapunt op afstand van de accu: Het aansluiten van het uiteinde van de tweede hulpstartkabel op de negatieve pool van de uitgeputte accu is gevaarlijk.

Het gas rondom de accu kan door een vonk tot ontploffing komen en iemand letsel toebrengen.

 

WAARSCHUWING

Leid de hulpstartkabels op afstand van onderdelen die gaan bewegen: Het aansluiten van een hulpstartkabel op of nabij bewegende onderdelen (koelventilators, aandrijfriemen) is gevaarlijk. De kabel kan verstrikt raken wanneer de motor start en ernstig letsel veroorzaken.

 

OPGELET Gebruik uitsluitend een 12 V hulpstartsysteem. Een 12 V startmotor, ontstekingssysteem en overige elektrische onderdelen kunnen onherstelbaar beschadigd worden, wanneer er gebruik gemaakt wordt van een 24 V stroomvoorziening (twee 12 V accu's in serie of een 24 V motorgenerator).

Accu is uitgeput

1. Verwijder het accudeksel.

Accu is uitgeput

2. Controleer of de hulpaccu 12 V is en of de negatieve pool daarvan met de massa verbonden is.
3. Indien de hulpaccu zich in een andere auto bevindt, mogen beide auto's elkaar niet raken. Zet de motor van de auto met de hulpaccu stop en schakel alle niet noodzakelijke elektrische verbruikers in beide auto's uit.
4. Sluit de hulpstartkabels in precies dezelfde volgorde aan zoals is aangegeven in de illustratie.

  • Sluit het ene uiteinde van een hulpstartkabel aan op de positieve pool van de uitgeputte accu (1).
  • Sluit het andere uiteinde aan op de positieve pool van de hulpaccu (2).
  • Sluit het ene uiteinde van de andere hulpstartkabel aan op de negatieve pool van de hulpaccu (3).
  • Sluit het andere uiteinde aan op het massapunt aangegeven in de illustratie op afstand van de uitgeputte accu (4).

5. Start de motor van de auto waarin zich de hulpaccu bevindt en laat de motor gedurende enkele minuten draaien.

Start vervolgens de motor van de auto met de uitgeputte accu.
6. (Met i-ELOOP systeem) Het is mogelijk dat na het starten van de motor het i-ELOOP indicatielampje gaat knipperen. Het indicatielampje gaat uit wanneer de motor draait en het opladen is voltooid. Controleer alvorens te gaan rijden dat het i-ELOOP indicatielampje is gedoofd.

Accu is uitgeput

OPMERKING

  • Als u met de auto gaat rijden terwijl het i-ELOOP indicatielampje knippert, hoort u een pieptoon.
  • Als het stuurwiel wordt gedraaid terwijl het i-ELOOP indicatielampje knippert, kan dit zwaarder aanvoelen dan normaal, echter dit duidt niet op een defect. Wanneer het i-ELOOP indicatielampje is gedoofd, zal de werking van het stuur weer normaal worden.
  • De hulpstartkabels niet verwijderen terwijl het i-ELOOP indicatielampje knippert.

7. Maak wanneer u gereed bent de kabels voorzichtig los, in de omgekeerde volgorde als beschreven in de illustratie.
8. Als het accudeksel verwijderd is, dit in omgekeerde volgorde van verwijderen monteren.

OPMERKING Controleer of de deksels stevig op hun plaats zijn aangebracht.

    Monteren van het reservewiel

    1. Verwijder alle vuil en overige verontreiniging van de montagevlakken van het wiel, de naaf en de naafbouten met behulp van een doek. WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de montagevlak ...

    Starten in noodgevallen

    Starten van een verzopen motor (MZR 1.6, SKYACTIV-G 1.5, SKYACTIV-G 2.0, en SKYACTIV-G 2.5) Indien de motor weigert te starten, bestaat de kans dat deze is "verzopen" (motor heeft een overmaat a ...

    Zie ook:

    Lexus CT 200h Instructieboekje (2011-2017). Plaatsen van een baby- of kinderzitje
    Volg de aanwijzingen van de fabrikant van het zitje. Zet het baby- of kinderzitje stevig vast op de zitplaatsen met de veiligheidsgordel of het ISOfixbevestigingssysteem. Zet het baby- of kind ...

    Chevrolet Cruze (J300) Instructieboekje (2008-2016). Inleiding
    Algemene aanwijzingen Het infotainmentsysteem biedt u eersteklas infotainment voor in uw auto. De radio is voor de frequentiebereiken AM en FM voorzien van twaalf automatisch in te stellen voo ...

    Auto modellen:

    © 2021-2025 Alle rechten voorbehouden www.cmodellen.nl