Toyota Prius (XW50) Instructieboekje (2016-2022): Ondersteunende systemen

Om de veiligheid en de prestaties tijdens het rijden te verbeteren is uw auto uitgerust met de volgende systemen die automatisch in werking treden als de omstandigheden daar om vragen. Houd er echter rekening mee dat dit aanvullende systemen zijn en vertrouw niet in al te sterke mate op deze systemen als u de auto bedient.

ECB (elektronisch geregeld remsysteem) Het elektronisch geregelde remsysteem genereert remkracht overeenkomstig de bediening van de remmen.

ABS (antiblokkeersysteem) Helpt het blokkeren van de wielen te voorkomen bij plotseling remmen of remmen op een glad wegdek

Brake Assist Zorgt voor een grotere remkracht nadat het rempedaal is ingetrapt als het systeem oordeelt dat er sprake is van een noodstop

VSC (Vehicle Stability Control) Helpt de bestuurder de auto onder controle te houden bij uitwijkmanoeuvres en het maken van bochten op een glad wegdek

TRC (Traction Control) Zorgt ervoor dat de aandrijfkracht behouden blijft en voorkomt dat de aandrijvende wielen gaan doorslippen bij het wegrijden met de auto of bij het accelereren op gladde wegen

EPS (elektrische stuurbekrachtiging) Maakt gebruik van een elektromotor om de benodigde kracht voor het ronddraaien van het stuurwiel te verminderen

VSC+ (Vehicle Stability Control+) Coördineert de werking van ABS-, TRC-, VSC- en EPS-systemen.

Zorgt ervoor dat de voertuigstabiliteit behouden blijft bij uitwijkmanoeuvres op een glad wegdek door de stuurcommando's aan te passen.

Hill Start Assist Control Helpt te voorkomen dat de auto achteruit rolt bij het wegrijden op een helling

Noodstopsignaal Als het rempedaal plotseling wordt ingetrapt, gaan de alarmknipperlichten automatisch knipperen om het achteropkomende verkeer te waarschuwen.

Als het VSC-/TRC-/ABS-systeem in werking is

Het controlelampje Traction Control knippert wanneer het VSC-/ TRC-/ABS-systeem in werking is.

Gebruik van de ondersteunende systemen

Uitschakelen van het TRC-systeem

Als u met uw auto vast komt te zitten in modder of sneeuw, kan het TRC-systeem het aandrijfvermogen van het hybridesysteem naar de wielen beperken. Als u dan op drukt, kunt u de auto waarschijnlijk makkelijker los krijgen door te 'schommelen'.

Schakel het TRC-systeem uit door snel in te drukken en weer los te laten.

"Traction Control Turned Off" (Traction Control uitgeschakeld) wordt op het multi-informatiedisplay weergegeven. Druk nogmaals op om het systeem weer in te schakelen.

Gebruik van de ondersteunende systemen

■Zowel TRC als VSC uitschakelen Houd meer dan 3 seconden ingedrukt terwijl de auto stilstaat om de TRC en VSC uit te schakelen.

Het controlelampje VSC OFF gaat branden en "Traction Control Turned Off" (Traction Control uitgeschakeld) wordt op het multi-informatiedisplay weergegeven.* Druk nogmaals op om de systemen weer in te schakelen.

*: Bij auto's met het Pre-Crash Safety-systeem worden ook het Pre-Crash Brake Assist-systeem en het Pre-Crash Brake-systeem uitgeschakeld. Het waarschuwingslampje PCS gaat branden en de melding wordt op het multiinformatiedisplay weergegeven.

■Wanneer de melding wordt weergegeven op het multi-informatiedisplay dat de TRC is uitgeschakeld, zelfs al is niet ingedrukt De TRC kan niet worden bediend. Neem contact op met een erkende Toyotadealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

■Bijgeluiden en trillingen die veroorzaakt worden door de ABS-, BA-, VSC-, TRC- en Hill Start Assist Control-systemen De volgende verschijnselen kunnen zich voordoen als bovenstaande systemen in werking zijn. Geen van deze verschijnselen duidt op een storing.

  • Er kunnen trillingen gevoeld worden in de carrosserie en de stuurinrichting.
  • Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het geluid van een elektromotor hoorbaar zijn.
  • Er kan een lichte trilling in het rempedaal voelbaar zijn als het antiblokkeersysteem geactiveerd is.
  • Het rempedaal kan iets verder naar beneden bewegen als het antiblokkeersysteem geactiveerd is.

■Werkingsgeluiden ECB In de volgende gevallen zijn mogelijk werkingsgeluiden van de ECB te horen.

Dit duidt echter niet op een storing.

  • Werkingsgeluiden vanuit de motorruimte die zich voordoen wanneer het rempedaal wordt bediend.
  • Wanneer het bestuurdersportier wordt geopend, kan aan de voorzijde van de auto een geluid hoorbaar zijn dat afkomstig is van het remsysteem.
  • Werkingsgeluiden vanuit de motorruimte die hoorbaar zijn wanneer na het uitschakelen van het hybridesysteem 1 tot 2 minuten zijn verstreken.

■Geluid EPS Wanneer het stuurwiel bediend wordt, kan het geluid van een elektromotor (zoemend geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt niet op een storing.

■Gereduceerde bekrachtiging door het EPS-systeem De mate van bekrachtiging door het EPS-systeem wordt gereduceerd om het systeem tegen oververhitting te beschermen als er gedurende langere tijd veel stuurbewegingen worden uitgevoerd. Hierdoor kan de besturing zwaar aanvoelen. Probeer als dat het geval is minder frequent te sturen of breng de auto tot stilstand en schakel het hybridesysteem UIT. Het EPS-systeem moet binnen 10 minuten weer normaal werken.

■Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) elektrische stuurbekrachtiging

■Automatisch opnieuw inschakelen van de TRC- en VSC-systemen Als de TRC- en VSC-systemen zijn uitgeschakeld, worden deze automatisch opnieuw ingeschakeld in de volgende situaties:

  • Het contact wordt UIT gezet.
  • Als alleen het TRC-systeem wordt uitgeschakeld, wordt de TRC weer ingeschakeld zodra de rijsnelheid toeneemt.

    Als zowel het TRC- als het VSC-systeem is uitgeschakeld, worden deze niet automatisch weer ingeschakeld als de rijsnelheid toeneemt.

■Voorwaarden voor werking Hill Start Assist Control Als aan de volgende vier voorwaarden wordt voldaan, werkt de Hill Start Assist Control:

  • De selectiehendel staat in een andere stand dan P of N (bij het vooruit/achteruit bergop wegrijden)
  • De auto staat stil
  • Het gaspedaal wordt niet ingetrapt
  • De parkeerrem is niet geactiveerd

■Automatisch uitschakelen van Hill Start Assist Control De Hill Start Assist Control wordt in de volgende situaties uitgeschakeld:

  • Zet de selectiehendel in stand P of N
  • Het gaspedaal wordt ingetrapt
  • De parkeerrem wordt geactiveerd
  • Er zijn ongeveer 2 seconden verstreken nadat het rempedaal is losgelaten

■Voorwaarden voor werking noodstopsignaal Als aan de volgende drie voorwaarden wordt voldaan, werkt het noodstopsignaal:

  • De alarmknipperlichten zijn uit
  • De werkelijke rijsnelheid is hoger dan 55 km/h
  • Het rempedaal wordt op zo'n manier ingetrapt dat het systeem op basis van de deceleratie van de auto oordeelt dat het om een noodstop gaat

■Automatisch uitschakelen van noodstopsignaal Het noodstopsignaal wordt in de volgende situaties uitgeschakeld:

  • De alarmknipperlichten worden ingeschakeld
  • Het rempedaal wordt losgelaten
  • Het systeem oordeelt op basis van de deceleratie van de auto dat het niet om een noodstop gaat
WAARSCHUWING

■Het ABS werkt niet effectief als

  • De maximale grip van de banden overschreden wordt (bijvoorbeeld versleten banden op een weg die bedekt is met sneeuw).
  • De auto aquaplaning ondervindt terwijl met een hoge snelheid op een natte of gladde weg wordt gereden.

■De remweg met ABS in werking kan langer zijn dan onder normale omstandigheden Het ABS is niet ontworpen om de remweg van de auto te verkorten. Houd altijd voldoende afstand tot uw voorligger, met name in de volgende gevallen:

  • Als wordt gereden op wegen met grind, zand en dergelijke, of op besneeuwde wegen
  • Als wordt gereden met sneeuwkettingen
  • Als wordt gereden op slechte wegen
  • Als wordt gereden over wegen met diepe gaten of andere grote oneffenheden

■De TRC/VSC werkt mogelijk niet effectief als Het insturen van de juiste richting en het overbrengen van de aandrijfkracht op een gladde weg niet onder alle omstandigheden gerealiseerd kunnen worden, zelfs niet als de TRC/VSC in werking is.

Rijd voorzichtig met de auto onder omstandigheden waarbij de stabiliteit en de aandrijfkracht verloren kunnen gaan.

■De Hill Start Assist Control werkt niet effectief wanneer

  • Vertrouw niet uitsluitend op de Hill Start Assist Control. De Hill Start Assist Control werkt niet altijd effectief op steile hellingen en op met ijs bedekte wegen.
  • In tegenstelling tot de parkeerrem is de Hill Start Assist Control niet bedoeld om de auto gedurende langere tijd op zijn plaats te houden.

    Gebruik de Hill Start Assist Control niet om de auto op een helling op zijn plaats te houden omdat dat kan leiden tot een ongeval.

■Wanneer de TRC, VSC en/of het ABS is geactiveerd Het controlelampje Traction Control knippert. Rijd altijd voorzichtig. Roekeloos rijgedrag kan leiden tot ongevallen. Wees bijzonder voorzichtig als het controlelampje knippert.

 

WAARSCHUWING

■Als het TRC/VSC-systeem is uitgeschakeld Wees zeer voorzichtig en pas uw snelheid aan de conditie van het wegdek aan. Schakel de TRC en de VSC alleen in geval van nood uit, aangezien deze systemen zorgdragen voor de voertuigstabiliteit en het aandrijfvermogen.

■Vervangen van banden Zorg dat alle banden de voorgeschreven maat hebben en dat hun merk, profiel en totale draagvermogen identiek zijn. Controleer verder of alle banden de aanbevolen spanning hebben.

De ABS-, VSC- en TRC-systemen en andere ondersteunende systemen werken niet op de juiste manier als er verschillende banden onder de auto gemonteerd zijn.

Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige voor meer informatie over het vervangen van de banden of wielen.

■Omgaan met banden en wielophanging Problemen met de banden of wijzigingen aan de wielophanging hebben een negatief effect op de ondersteunende systemen en kunnen een storing veroorzaken.

    Voorzorgsmaatregelen tijdens het gebruik

    ■ Sensoren Signaleren de auto om de parkeerplaats te helpen bepalen. Sensoren voorzijde Zijsensoren achter Het detectiegebied van de sensor bij het gebruik van de modus automa ...

    Rijtips

    ...

    Zie ook:

    Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Uitlaatgasreinigingssysteem (SKYACTIV-D 1.5, SKYACTIV-D 2.2)
    Uw auto is voorzien van een uitlaatgasreinigingssysteem (de katalysator is een onderdeel van dit systeem) dat de auto in staat stelt te voldoen aan wettelijke bepalingen betreffende de uitstoot va ...

    Mazda 3 (BM/BN) Instructieboekje (2013-2019). Registratie van voertuiggegevens
    Deze auto is uitgerust met een computer die de volgende belangrijke gegevens van de auto registreert welke verband houden met de elektronische besturing, rijgegevens en overige gebruiksomstandighe ...

    Auto modellen:

    © 2021-2025 Alle rechten voorbehouden www.cmodellen.nl